Ik denk veel aan de mensen in Haïti. Iedere keer als ik mijn glas volschenk met rode wijn, zie ik die uitgestrekte zwarte armen en die wanhopige ogen en die flesjes water. Terwijl ik aan mijn tweede boek schrijf zie ik ook uitgestrekte armen – blanke armen, van het mooiste meisje ter wereld – en wanhopige ogen met water in. Het zijn, kortom, trieste tijden.
En al dat schrijven, allemaal goed en wel, maar het hoogste goed is toch de muziek. Een boek kan ook troosten, maar niet terwijl je met gesloten ogen op de vloer van je schrijfkamer ligt. Weinig mensen weten dit, maar ik heb vroeger nog muziek gemaakt in een groepje, een duo om precies te zijn: The Anti Popes. We hebben één keer opgetreden, in de Sint-Annazaal in Aalst, de parochiezaal waar ik eerder optredens had gezien van Gorky, toen nog met een y, en Hugo Matthysen & De Bomen. We speelden eigen nummers en covers. Tot de covers behoorden Hotellounge van dEUS en Like A Hurricane van Neil Young. Ik ben er niet fier op, maar als ik alleen zou schrijven over de dingen waarop ik fier ben, dan zou ik alleen nog boodschappenlijstjes schrijven met 'Jupiler' op. Na de split van The Anti Popes was ik mathematisch gezien een solo-artiest, en toen had ik een nieuwe naam nodig. Ik dacht eerst aan This Band Is Too Small For The Two Of Us, maar toen koos ik voor Less For Bert, de vertaling van een zin die ik in Humo had gelezen over Bert Anciaux. Als Less For Bert brak ik geen potten, je mag dat rustig weten. Toen schreef ik zes nummers die ik onder mijn eigen naam ging opnemen in Zaman’s Cat Farm, de homestudio (de slaapkamer, eigenlijk) van ex-Ze Noiz-gitarist Zaman. Ze Noiz won in 1988 Humo’s Rock Rally. Ik luister nog dikwijls naar hun cd’s Thy Will Be Done en His Master’s Noiz. Hun zanger Bart Koubaa zou later schrijver worden van boeken als Vuur en De leraar. In Zaman’s Cat Farm nam ik de zes nummers op die hier nu op een cd staan, getiteld Gee, omdat ik dat een mooi woord vond en omdat het G-akkoord het meeste voorkwam in de nummers. Een van de nummers heet Cheek Thing, genoemd naar een trucje dat ik ken met mijn linkerkaak, en het bevat zinnen als ‘Someone broke my sex machine, so it’s no use inserting coins anymore’ en ‘so many bad things in one bitch, that is you’. Volgens sommige mensen was dat mijn beste nummer. Kort na die cd-opname besloot ik om alleen nog gitaar te spelen en te zingen op mijn moeder haar zolder. Sindsdien is het leven van sommige mensen iets leuker geworden.
Maar wat ik eigenlijk wilde zeggen. Bruno Deneckere schrijft en zingt geweldige songs. In de Humo van vorige week brak Pauline Verminnen (dochter van Johan) een lans voor hem, wat mij nog meer voor haar innam (ik had eerst de foto’s bij het interview bekeken en die hadden mij al voor haar ingenomen). Ik heb drie cd’s van Bruno Deneckere. Twee cd’s die hij gemaakt heeft met The Pink Flowers: Tune In en Blind Man’s Son, en één solo-cd: Down The Road. Op die laatste zingt hij in het openingsnummer Only If I Wanted To: ‘I could write a number one hit, if I’d only put my mind to it. And then I could be so full of it, if I wanted to.’ Hij hééft nummer 1-hits geschreven, alleen weet geen enkele hitparade daarvan. Ga ’m ontdekken, ergens.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten