vrijdag 24 september 2010
Lezing in Leiden
Sommige schrijvers hebben lezeressen die hun vragen waarom ze hun vrouw niet laten zitten of waarom ze geen schaamhaar terugsturen; ik heb een lezeres die mij mailde met de vraag 'Waarom zit een pizza in een vierkante doos?'. Ik mailde haar terug: 'Omdat in een plastieken zak de olijven eraf zouden vallen. Dat wist Rudolf-August Oetker al in 1944.' Vorige zomer schreef ik een brief aan Dr. Oetker omdat ik voor Liselotte één van de tien romantische reizen naar Venetië die de dokter middels een tombola weggaf wilde winnen. Over de uitslag van zo'n tombola wordt doorgaans niet gecorrespondeerd, daarom leek het mij een goed idee om te corresponderen vóór de uitslag. Toch vielen wij buiten de prijzen. De twee dagen die we deze week samen in Leiden beleefden, waren evenwel ook mooi. Ik was er uitgenodigd om voor te lezen uit mijn oeuvre, hetwelk bestaat uit anderhalf boek, dus dat beloofde wat. Langs de Leidse grachten fietsten studentes in korte rokken en panty's. Helaas reed geen van hen naar de Boommarkt, want in de gezellig groezelige zaal met bar en biljart bestond mijn publiek uit de jongens van studentenvereniging Da Vinci; de meesten droegen een groengestreepte trui die één keer per jaar mag worden gewassen. Het schooljaar was nog maar een paar weken bezig maar sommige studenten roken al aardig naar trui. Mensen die beseffen dat ze onfris ruiken gedragen zich waarschijnlijk royaler jegens hun gewassen medemens dan verspreiders van Dolce & Gabbana, bedacht ik die avond met een volle maag (Vlaams stoofpotje met frieten, Bavaria-bier) en een schouder die zeurde onder het gewicht van mijn tas (een fles rode wijn en een sixpack Hoegaarden dat ze tijdens de pauze voor me gaan kopen waren in een nachtwinkel, wat me ontroerde). Terwijl ik een brief aan mijn oude muze Elsje zat voor te lezen kwam een vriendelijke jongen met een enorme schaal bitterballen naast me staan. Ik keek op van mijn tekst, en zei: 'Bedankt, straks misschien.' De schaal werd samen met kruiken Bavaria doorgegeven terwijl ik verder las. Ondanks, of dankzij, de catering werd er door de studenten goed geluisterd en gelachen. Van de fragmenten uit mijn tweede boek ging vooral het stuk over de gefolderde jood erin als verse patat. ('Folderen betekent "folteren met een tikfout". Joden zijn enorm gevoelig voor tikfouten. Er was ooit een jood in Auschwitz die zich ophing aan een douchekop omdat er een tikfout in zijn kampnummer stond.') Ik besloot met de brief aan Dr. Oetker, waarna ik de studenten vragen liet stellen. Ik duidde mijn werk alsof ik wist wat me drijft en ten slotte werden de kruiken nog een keer gevuld en signeerde ik de boeken die agent Willem verkocht. Zesenhalf jaar sta ik nu op de planken en als men ooit het hout begint te sprokkelen voor mijn doodskist, mogen er een paar planken uit Leiden bij. Toen een van de jongens later die nacht met Liselotte en mij meeliep naar de bed & breakfast overdacht ik mijn leven tot nog toe, en ik was gelukkig met hoe het allemaal gelopen is. Op ons bed dronk ik Hoegaarden uit een theekop.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten